Geleidelijk neemt de zin de bovenhand op het woord. Haast niemand heeft het
gemerkt. Slechts toen het zover was kreeg hier en daar iemand het in de gaten. Het
woord was geen vlees maar zin geworden.
Wij zijn niet van de poes, althans niet overdag, maar van de poëzie en wel van
de experimentele. Wij willen woorden die vlees worden. Zelfs onze zinnen zijn zinloos
gebeente doch wij hangen het vlees eraan op.
U huivert. Zo weten we dat het goed is en werkt. Zoals onze woorden bij nacht
geen enkele poes onberoerd laten.
Schrijven, nietwaar, is niet van de hond zijn kloten.
Tijd nu om een stap achteruit te zetten in de luwte. Daar zijn we thuis.